Poëtische
overpeinzingen over een verblijf in Noorwegen.
De
shots in de tunnel vormen zowel het begin als het eind van de film.
Het
middengedeelte kent willekeurige beelden van het Noorse landschap.
De
opkomende vloed is mooi gefilmd.
De
quasi-poëtische teksten overheersen de film. Ze zijn ingesproken in
een geheel eigen, wat toonloze intonatie.
De
teksten zijn doordrenkt met symboliek en geredeneerd vanuit een
‘hij’ (de Schepper) persoonsvorm.
De
film heeft een eigen stijl, waarbij de cameravoering nog niet tot de
verbeelding spreekt zoals de teksten dat wel doen.
Waardering:
BRONS
|